De overgang van zomer naar herfst is vaak een beetje onhandig. Overdag kan het nog warm genoeg zijn om met de ramen open te zitten, maar ’s avonds grijp je ineens naar een plaid. Je interieur zit in diezelfde spagaat: het voelt te vroeg voor diepe herfstkleuren, maar ook te laat voor luchtige zomerse accenten. Toch hoeft dat geen probleem te zijn. Juist in deze “tussenruimte” kun je je huis op een slimme manier laten meebewegen.
Flexibele meubels en objecten
In een overgangsfase draait alles om gemak en flexibiliteit. Gebruik meubels en accessoires die meerdere functies hebben of makkelijk verplaatsbaar zijn. Een bijzettafel die je naar buiten schuift voor een kop koffie in de nazomerzon, een stoel die je dichter bij het raam zet om het laatste daglicht mee te pakken, of een plaid die zowel buiten als binnen dienst doet.
Tip: kies voor meubels die licht van gewicht zijn, of voor kleine tafeltjes en stoelen die je zonder moeite verplaatst. Zo voelt je interieur niet statisch maar meebewegend, net als het seizoen.

Tussenkleuren en open materialen
Waar zomer vaak fris en fel is, en herfst juist warm en zwaar, zit de charme van dit moment in de tinten ertussen. Denk aan zand, klei, olijfgroen of warm grijs. Het zijn kleuren die niet meteen het seizoen bepalen, maar juist ruimte laten. Combineer dat met ademende materialen als linnen gordijnen, gevlochten manden of een kleed van jute. Zo blijft je interieur luchtig en klaar voor beide kanten van het jaar.
Tip: vervang zware plaids en kussens tijdelijk door lichtere stoffen in aardse tinten. Zo krijg je direct een neutrale basis waar je later makkelijk herfstaccenten aan toevoegt.

Verlichting die meebeweegt
Het daglicht verandert nu bijna ongemerkt, maar wel sneller dan je denkt. In plaats van fel kunstlicht aan te zetten zodra de zon ondergaat, is het fijner om mee te bewegen met die overgang. Gebruik lampen die dimbaar zijn, zet wat kleinere lichtpunten neer en vul aan met kaarsen. Het maakt de overgang van dag naar avond zachter, waardoor je interieur direct gezelliger aanvoelt.
Tip: combineer verschillende soorten licht — bijvoorbeeld een vloerlamp met een zachte gloed, een tafellampje en wat kaarsen. Zo kun je per moment van de dag variëren.

Ruimte geven aan het tussenseizoen
Het belangrijkste is misschien wel om de tussenfase niet te willen overslaan. Je hoeft je interieur niet direct volledig om te gooien naar herfst, maar je hoeft ook de zomer niet krampachtig vast te houden. Juist de mix maakt het interessant: een bosje gedroogde bloemen naast een paar frisse takken, een licht plaid op de bank met alvast een extra kussen erbij. Het zijn de kleine combinaties die zorgen voor balans.
Tip: voeg één of twee warme accenten toe (bijvoorbeeld een vaas in terracotta of een kussen in roestkleur), maar houd de basis licht. Zo voelt je interieur flexibel en niet te zwaar.
Conclusie
De tussenruimte is vaak een vergeten seizoen, maar juist deze weken laten zien dat je interieur niet in vaste blokken hoeft mee te bewegen. Met flexibele meubels, neutrale kleuren, ademende materialen en verlichting die de dag volgt, geef je je huis de ruimte om beide kanten te omarmen. Zo wordt je interieur niet een spiegel van “óf zomer óf herfst”, maar een plek die precies past bij dit moment: tussen tijd en temperatuur in.

Plaats een reactie